Man, vrouw en dochter exploiteren in VOF-verband een dansschool in een eigen pand. Beneden is de dansstudio, boven hun woning. Het geheel staat op de fiscale ondernemingsbalans. Als het pand met winst verkocht wordt, komt de vraag op of de bovenwoning wel terecht op de balans stond. Zo niet, dan is immers een flink deel van de behaalde winst belastingvrij. De rechter moest hierover beslissen.

In dit geval heeft geen splitsing in appartementsrechten plaatsgevonden. Maar vast staat dat de bovenwoning zelfstandig verhuurbaar is. In zo’n geval is de keuze die de ondernemer volgens zijn boekhouding heeft gemaakt beslissend, tenzij vast staat dat het woongedeelte uitsluitend diende om zelf in te wonen en niet op enigerlei wijze dienstbaar was zijn aan de onderneming.

 

In dit geval is de vraag of de bovenwoning op enigerlei wijze dienstbaar is geweest aan de onderneming. De Belastingdienst komt met de volgende aanknopingspunten. De firmanten gebruikten de tussendeur in de hal beneden om vanuit de woning naar de dansschool te gaan. Ze deden een deel van de was van de dansschool in de bovenwoning. Op de gevel van de bovenwoning staat sinds 1991 een reclame-uiting van de dansschool. In de bovenwoning logeerde regelmatig een jurylid bij het afdansen. Bovendien deden ze in de bovenwoning een deel van de administratie.

De rechter geeft de Belastingdienst gelijk. De bovenwoning is wel degelijk op enigerlei wijze dienstbaar geweest aan de dansschool.

Tip: Staat uw (boven)woning op uw fiscale de balans en maakt u bij verkoop of staking van uw onderneming winst, dan kan het zinvol zijn te beoordelen of de woning achteraf wellicht altijd verplicht privévermogen is geweest. Uit deze uitspraak blijkt dat dit niet mee zal vallen.